Stel je voor: je loopt een gebouw binnen en hebt direct het gevoel dat alles klopt. De lucht is fris, het licht voelt natuurlijk en zelfs het water in de kraan lijkt extra puur. Dit is geen toeval, maar waarschijnlijk het resultaat van een BREEAM certificaat. Wat dat precies is? Daar duiken we zo in, en ja, het is veel spannender dan het klinkt.

Wat is een BREEAM certificaat eigenlijk?

Laten we beginnen bij het begin: BREEAM staat voor Building Research Establishment Environmental Assessment Method. Ja, dat is een mondvol, maar in de kern is het gewoon een keurmerk voor gebouwen die lekker duurzaam en milieuvriendelijk zijn. Denk aan slimme energieoplossingen, hergebruik van materialen en groene daken vol planten.

Het fijne van een breeam certificaat is dat het niet alleen over het milieu gaat. Het kijkt ook naar hoe fijn een gebouw is om in te leven of werken. Van de luchtkwaliteit tot het licht en zelfs hoe toegankelijk het gebouw is. Het is dus niet alleen een vinkje voor het klimaat, maar ook voor de mensen die er gebruik van maken.

En ja, er zijn verschillende niveaus: van ‘oké’ tot ‘wow, dit gebouw is een eco-paradijs’. Dus als je dat logo ziet, weet je dat er serieus werk is verzet om het gebouw beter te maken. Hoe tof is dat?

Waarom zou je erom geven?

Oké, je denkt nu misschien: “Leuk en aardig, maar wat heb ik eraan?” Nou, een gebouw met een BREEAM certificaat heeft voordelen voor jou, je portemonnee en de planeet. Laten we dat even uitpakken.

Eerst en vooral: lagere energiekosten. Gebouwen met een BREEAM certificaat zijn ontworpen om superzuinig te zijn. Minder stroom en gas betekent dat jij minder betaalt. En wie houdt er niet van een lagere energierekening? Bovendien is het ook goed voor het milieu, dus win-win.

Dan is er nog de gezondheid. Deze gebouwen hebben vaak betere ventilatie, meer daglicht en gezondere materialen. Dus je voelt je gewoon beter. En ja, zelfs je productiviteit kan een boost krijgen. Wie wist dat een gebouw zo’n impact kon hebben?

Oh, en vergeet de waarde van het gebouw niet. Als je ooit een duurzaam huis wilt verkopen, gaat dat vaak een stuk sneller en voor meer geld. Je zit dus ook nog eens slim in de markt.

Hoe werkt het in de praktijk?

Dus hoe wordt zo’n certificaat eigenlijk verdiend? Nou, niet zomaar. Het begint met een uitgebreide checklist. Denk aan energiegebruik, waterbesparing, materialen, biodiversiteit en nog veel meer. Een gebouw moet op al die punten scoren om een certificaat te krijgen.

Neem bijvoorbeeld isolatie. Een gebouw met dikke, slimme muren krijgt extra punten omdat het energie bespaart. Of wat dacht je van zonnepanelen? Altijd goed voor een hogere score. En zelfs een fietsstalling kan meetellen. Ja echt, fietsen is duurzaam, dus een gebouw dat fietsen stimuleert scoort beter.

Het mooie is dat BREEAM niet alleen kijkt naar nieuwe gebouwen. Ook oude panden kunnen hun certificaat halen met een beetje liefde en renovatie. Dus zelfs je favoriete vintage gebouw kan mee in de groene revolutie.

Wat betekent het voor de toekomst?

Nu vraag je je misschien af: “Wordt dit het nieuwe normaal?” Het antwoord is: hopelijk wel! Met steeds strengere eisen voor duurzaamheid worden BREEAM certificaten steeds belangrijker. Niet alleen voor nieuwe gebouwen, maar ook voor bestaande. En eerlijk? Dat is precies wat we nodig hebben.

Want laten we eerlijk zijn: wie wil er nou in een gebouw wonen dat energie verslindt en slecht is voor de planeet? Niemand toch? Door te kiezen voor duurzaamheid maken we de wereld niet alleen beter, maar ook leuker en comfortabeler. Win-win-win.

Dus de volgende keer dat je een gebouw binnenloopt en je denkt: “Wow, dit voelt goed,” check dan even of er een BREEAM certificaat aan de muur hangt. Grote kans dat je in een top-notch eco-paradijs bent beland!